ADHD in het kort

ADHD is meer dan alleen druk zijn. Wat is hij of zij druk.. dat is het eerste waar mensen aan denken als ze over ADHD horen. Dat is begrijpelijk want kinderen en volwassenen met ADHD zijn vaak erg druk. Toch is ‘druk’ een te beperkte omschrijving. Meestal is er meer aan de hand. Behalve druk zijn mensen met ADHD snel afgeleid en onnadenkend.



Omgeving

ADHD heeft grote gevolgen voor de naaste omgeving. Kinderen met ADHD hebben zelf eigenlijk niet zo’n last van hun gedrag – ze hebben niet echt door dat ze hinderlijk zijn en niet optimaal functioneren, het is vooral hun directe omgeving waar problemen ontstaan, dus in het gezin, in de klas, met vriendjes en vriendinnetjes.

Volwassenen met ADHD

Bij volwassenen met ADHD ligt dat vaak anders, omdat ze beter in de gaten hebben dat hun gedrag problemen veroorzaakt en dat ze in bepaalde opzichten mindere goed presteren dan anderen. Vroeg of laat krijgen overigens ook maken met boze, beschuldigende en afwijzende reacties en dat is niet prettig. Vaak ontstaat er een gespannen sfeer tussen een kind of volwassene met ADHD en zijn of haar omgeving. Dat heeft doorgaans een negatief effect op de ADHD, zodat de irritaties al snel verder oplopen. Het voorkomen of doorbreken van zo’n nare, gespannen verhouding is een belangrijk doel bij de aanpak van ADHD.

Bijkomende problemen

ADHD staat vaak niet op zichzelf. Het gaat bijna altijd samen met andere problemen, bijvoorbeeld sterke stemmingswisselingen, een leerstoornis, overmatige angsten, soms agressief en gemeen gedrag. Artsen noemen dit co-morbiditeit.
Door deze co-morbiditeit worden de problemen nog wat groter en moeilijker op te lossen. Soms is ADHD door de bijkomende problemen lastig te herkennen: het kan ‘schuil’ gaan achter andere problemen. Het omgekeerde gebeurt ook wel: dat andere problemen schuil gaan achter ADHD. Daarom is het stellen van de diagnose zo belangrijk: goed uitzoeken wat er precies aan de hand is.

ADHD diagnose

Kinderen en volwassenen met ADHD
ADHD komt zowel bij kinderen als volwassenen voor. Het begint in de kindertijd, meestal al jong (de diagnose wordt gesteld vanaf de leeftijd van zes jaar). Ongeveer drie tot vijf procent van alle kinderen tot zestien jaar heeft ADHD. Dat zijn vaker jongens dan meisjes.
Hoewel er vaak voor het zesde jaar signalen zijn dat er iets mis is, kan een diagnose meestal pas met zekerheid vanaf het zesde jaar worden gesteld. Vóór die leeftijd is het gedrag van zo wisselend dat een onderscheid tussen ‘normaal’ en ‘abnormaal’ gedrag niet goed te maken is. Soms wordt de diagnose toch wel eens gesteld, bijvoorbeeld omdat er veel symptomen zijn en omdat ADHD in de familie zit.

Kenmerken

In de loop van de tijd worden de kenmerken vaak wat minder en anders, vooral het drukke gedrag, maar toch blijven twee op de drie kinderen na het zestiende jaar last houden van ADHD. ADHD komt dus ook veel bij volwassenen voor. Naar schatting heeft één tot drie procent van alle volwassenen ADHD. Geregeld wordt de stoornis-ADHD zelfs pas op volwassen leeftijd vastgesteld. Dat komt omdat ADHD vroeger niet zo bekend was: het werd lang niet altijd herkend. Het komt ook voor dat mensen pas op latere leeftijd echt hinder hebben van hun gedrag, bijvoorbeeld bij hun werk of als ze zelf kinderen krijgen.
© Stichting September en ZilverenKruis Achmea