Een veelvuldig gemaakte denkfout over ADHD is dat mensen met ADHD zich nergens op kunnen concentreren. De ‘A’ staat voor ‘aandachtstekort’, dus in feite is het een begrijpelijke denkfout. In de praktijk werkt dit echter heel anders. Mensen met ADHD zijn ‘alles of niets’ mensen. Althans, degenen die ik ken. Voor mijzelf is er geen middenweg, iets heeft mijn interesse, of totaal niet.
Ik kan het wel!
Voordat ik wist dat ik ADHD had, begon ik aan 10 dingen tegelijk, verloor ik bij alle 10 dingen mijn aandacht, want je kunt nu eenmaal geen 10 dingen tegelijk doen. Hierdoor lukte niets en dit patroon herhaalde zich steeds waardoor ik een negatief zelfbeeld kreeg (‘ik kan het toch niet’). Dit had tot gevolg dat ik het liefst nergens meer aan wilde beginnen. Dit denkpatroon was ondertussen zo ingesleten, mijn zelfbeeld was laag en ik werd een ‘pleaser’. Alles doen zodat een ander me aardig zou vinden. Ik zei altijd ‘ja’, ongeacht of het me uitkwam, of ik er zin in had, wat dan ook.
Op het moment dat ik ontdekte dat ik ADHD had en hier hard mee aan de slag ben gegaan, heb ik voor mezelf dit patroon kunnen doorbreken. Voornamelijk door te kijken naar mijn kwaliteiten, waar ben ik goed in en wat heeft mijn interesse? En stoppen met ‘ja’ zeggen tegen dingen die ‘nee’ moeten zijn. Mijn eigen grenzen aangeven en bewaken. Zeker in het begin was dit erg lastig, maar uiteindelijk lukt het me vrij goed en zit ik stukken beter in mijn vel.
Interesses en Kwaliteiten
Door me te richten op mijn interesses en kwaliteiten, koos ik ervoor dingen te doen die ik écht leuk vind. Nu begin ik aan 1 ding, focus ik me daarop en maak het af, met gewenst resultaat. Want het is wel zo, wanneer ik iets in mijn hoofd heb, MOET en ZAL ik het ook doen. Bijvoorbeeld de muurschildering op de kinderkamer. Op en vrije zaterdag, vroeg in de ochtend, begon ik eraan. Vooraf helemaal uitgedacht hoe ik het aan wilde pakken en hoppa, aan de slag. ’s Middags om 15.00 uur werd ik wat licht in mijn hoofd en kwam tot de ontdekking dat ik aan één stuk door bezig geweest was. Niets gegeten of gedronken, gewoon maar door. De welbekende ‘hyperfocus’. Ik vind dat echt een enorm pluspunt van ADHD en probeer die hyperfocus dan ook altijd ten volle te benutten.
ADHD blog Nederland de uitlaatklep
Een ander fabeltje is dat ADHD-ers geen boek kunnen lezen. Want, ‘dan moeten ze stil zitten en zich concentreren’. Je reinste flauwekul! Wanneer iets je interesse heeft, kun je daar helemaal op ingaan. Geef mij een interessant boek en ik ga er zó in op dat ik niets om me heen in de gaten heb. Het schrijven van deze blogs is ook zoiets. Schrijven is iets wat me altijd vrij gemakkelijk afgegaan is: er gebeurd iets, het spookt door mijn hoofd en blijft daar net zolang zitten tot ik het opschrijf. Voorheen (en nu ook nog wel) schreef ik dingen van me af, voornamelijk vermakelijke voorvallen, op Facebook. Toen ik de oproep van ADHDblog voorbij zag komen en twijfelde, sprak ik erover met een collega. Hij zei: ‘Moet je doen, waarom niet?!’ Ondertussen is dit mijn vijfde blog en heb ik er ontzettend veel plezier in (Bedankt, Steve!).
Hyperfocus
Ik merk dat ik dit ook heb met mijn werk. In het verleden heb ik verschillende jaren gewerkt in de kinderopvang. Hartstikke leuk, heb ik absoluut met enorm veel plezier gedaan. Totdat ik eens iets anders wilde en terecht kwam in de (gehandicapten) zorg. Vanaf het eerste moment wist ik: ‘dit is het’. En nu, 5 jaar later, denk ik dat nog steeds iedere dag. Ik heb zelden een dag waarop ik denk: ‘pfff, was ik maar vrij.’De cliënten, het contact dat je met hen maakt, de kleine of soms grote dingen waar die ander blij of gelukkig van wordt. Een gezellig praatje of een luisterend oor, échte aandacht voor die ander. Of soms, wanneer iemand in zijn laatste levensfase is, het kleine beetje hulp, steun of berusting dat je de ander kunt bieden. Nog altijd vind ik dit werk het mooiste wat er is en heeft het altijd mijn volle aandacht, in feite dus een heel lange hyperfocus.
Geen interesse, geen aandacht
Maar anderzijds, er zijn ook dingen die me totaal niet interesseren. En dat is lastig, want die dingen, daar kan ik me dan ook écht totaal niet toe zetten… Een simpel voorbeeld: mijn auto. Ik ben er blij mee, kan niet zonder. En daar houdt het helemaal mee op. Wassen: doe ik niet. Opruimen: doe ik niet. Met als gevolg dat hij er na een tijdje uitziet als een rijdende prullenbak annex zandbak. Toen ik afgelopen zomer, in een moment van verstandsverbijstering, besloot dat ik toch écht een keer die auto op moest ruimen van binnen, stonden mijn kinderen met open mond naar me te kijken: ‘mama, wat doe JIJ nou?!’ Tsja, ik geef ze geen ongelijk, dit hadden ze immers nog nooit meegemaakt… Als ik dan klaar ben, ben ik hartstikke blij want, dit moest tenslotte écht al een jaar of 2 gebeuren… Maar ondertussen zijn we weer enkele maanden verder en is er geen haar op mijn hoofd die denkt: ‘laat ik die auto nou eens opruimen, dan blijft ie een beetje netjes.’ Echt niet, het interesseert me simpelweg niet en hierdoor kan ik me er écht niet toe zetten.
Kortom: het is niet zo dat mensen met ADHD nérgens aandacht voor hebben. Maar ze kunnen zich maar héél moeilijk inzetten voor dingen die ze totaal niet interesseert.
Geef een reactie