In dit artikel leggen we je precies uit wat ADHD en autisme met elkaar te maken hebben. Ook hebben wij van beide diagnoses een top 3 gemaakt met veel gestelde vragen. Laten we beginnen met uitleggen over ADHD en autisme. Stel je voor dat iedereen in de wereld een beetje anders is. Sommige mensen houden van voetballen, anderen van tekenen, en weer anderen van lezen. Nou, zo is het ook met onze hersenen. Sommige hersenen werken een beetje anders dan andere, en dat is helemaal oké.
Sommige mensen hebben ADHD, dat staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder, en anderen hebben autisme. Hoewel het twee verschillende dingen zijn, hebben ze een paar dingen gemeen.
Hersenen in beweging: Mensen met ADHD zijn vaak heel erg actief. Ze vinden het moeilijk om stil te zitten en zich te concentreren. Mensen met autisme kunnen ook veel beweging nodig hebben, maar om andere redenen. Ze kunnen gevoelig zijn voor dingen zoals geluiden, licht en aanrakingen, en soms bewegen ze om zichzelf gerust te stellen.
Concentratieproblemen: Zowel mensen met ADHD als autisme hebben soms moeite met concentreren. Mensen met ADHD kunnen snel worden afgeleid en moeite hebben om hun aandacht bij één ding te houden. Mensen met autisme kunnen ook problemen hebben met het schakelen tussen taken en zich op één ding tegelijk richten.
Sterke interesses: Mensen met autisme kunnen vaak heel gepassioneerd zijn over specifieke onderwerpen. Ze kunnen urenlang praten over hun favoriete onderwerpen en er alles over willen weten. Dit wordt vaak “speciale interesses” genoemd. Mensen met ADHD kunnen ook sterke interesses hebben, maar ze kunnen snel van de ene interesse naar de andere springen.
Sociale interactie: Beide diagnoses kunnen invloed hebben op sociale interacties. Mensen met ADHD kunnen impulsief zijn en soms dingen zeggen zonder erbij na te denken. Mensen met autisme kunnen moeite hebben om sociale signalen te begrijpen en kunnen soms wat afstandelijk lijken.
Unieke gaven: Het is belangrijk om te onthouden dat ADHD en autisme ook positieve kanten hebben. Mensen met ADHD kunnen vaak erg creatief en energiek zijn. Mensen met autisme hebben vaak unieke manieren van denken en kunnen erg goed zijn in bepaalde taken.
Top 3 veel gestelde vragen over ADHD en Autisme
Omdat er altijd veel vragen zijn wat betreft ADHD en autisme hebben we voor beide een top 3 gemaakt. Mocht je meer vragen over deze twee diagnoses hebben dan kun je altijd een reactie achterlaten, deze proberen wij dan zo goed mogelijk te beantwoorden. Anders kun je ook altijd nog onze ADHDblog community raadplegen.
Top 3 vragen over ADHD
1. Wat is ADHD?
ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. Het is een neurologische aandoening die van invloed is op de aandacht, concentratie en impulsiviteit. Mensen met ADHD kunnen moeite hebben om hun aandacht bij taken te houden, zijn vaak onrustig en impulsief. Het is belangrijk op te merken dat ADHD niet gewoon een gevolg is van luiheid of gebrek aan discipline, maar eerder een medische aandoening.
2. Wat zijn de symptomen van ADHD?
De symptomen van ADHD kunnen variëren, maar over het algemeen worden ze onderverdeeld in twee hoofdcategorieën: aandachtsproblemen en hyperactiviteit-impulsiviteit. Aandachtsproblemen omvatten moeite met concentreren, vergeetachtigheid, moeite hebben met het voltooien van taken en organisatorische problemen. Hyperactiviteit-impulsiviteit omvat overmatige beweging, onrustig gedrag, impulsieve beslissingen en problemen met wachten op hun beurt. Het is belangrijk op te merken dat niet iedereen met ADHD alle symptomen heeft, en de ernst ervan kan variëren.
3. Hoe wordt ADHD gediagnosticeerd en behandeld?
ADHD wordt meestal gediagnosticeerd door een medisch professional, zoals een psychiater of kinderarts. De diagnose omvat het evalueren van het gedrag en de symptomen van een persoon en het uitsluiten van andere mogelijke oorzaken. Er bestaat geen enkele specifieke test voor ADHD. Als de diagnose wordt gesteld, kan behandeling bestaan uit gedragstherapie, medicatie of een combinatie van beide, afhankelijk van de individuele behoeften. Gedragstherapie kan helpen bij het aanleren van strategieën om beter met symptomen om te gaan, terwijl medicatie zoals stimulerende middelen de symptomen kan verminderen en de concentratie verbeteren.
Top 3 vragen over Autisme
1. Wat is autisme?
Autisme, ook wel bekend als autismespectrumstoornis (ASS), is een neurologische ontwikkelingsstoornis die van invloed is op hoe mensen communiceren, sociale interacties aangaan en informatie verwerken. Mensen met autisme hebben vaak unieke manieren van denken en waarnemen. Het spectrum varieert van milde tot ernstige vormen van autisme, en het wordt vaak gekenmerkt door herhalende gedragingen en beperkte interesses. Elk persoon met autisme is uniek, en de symptomen kunnen sterk variëren van persoon tot persoon.
2. Wat zijn de symptomen van autisme?
De symptomen van autisme kunnen divers zijn en omvatten moeilijkheden met sociale interacties, zoals het begrijpen van non-verbale communicatie en het aangaan van relaties. Veel mensen met autisme hebben ook herhalend gedrag en hebben sterke interesses in specifieke onderwerpen. Communicatieproblemen, zowel verbaal als non-verbaal, zijn ook vaak aanwezig. Sommige mensen met autisme hebben ook sensorische gevoeligheden, wat betekent dat ze sterker reageren op prikkels zoals geluiden, lichten of aanrakingen.
3. Hoe wordt autisme gediagnosticeerd en behandeld?
De diagnose van autisme wordt meestal gesteld door een gespecialiseerde arts, psycholoog of psychiater. Diagnostische criteria omvatten observaties van gedrag, interviews met de persoon en zijn of haar familie, en het uitsluiten van andere mogelijke oorzaken. Vroege diagnose is belangrijk omdat het vroege interventies en ondersteuning mogelijk maakt. De behandeling van autisme omvat meestal gedragstherapie, spraak- en taaltherapie, en soms medicatie om specifieke symptomen te behandelen, zoals angst of prikkelbaarheid. Ondersteuning en begrip van familie, vrienden en de gemeenschap zijn ook essentieel voor het welzijn van mensen met autisme.
Dank voor de informatie. Ik zelf weet pas sinds kort dat ik een (100%) autist ben. Ik heb nooit het vermoeden gehad dat ik het zou kúnnen zijn. (Ik wist wel dat ik bepaalde concentratie-problemen had, maar dat weet ik altijd voornamelijk aan het feit dat ik ernstig dyslectisch ben en ook kenmerken – zoals rusteloosheid en bewust opzoeken van prikkels – van ADHD in me heb.) Maar het is vooral te wijten aan het feit dat ik een totaal verkeerd beeld had van wat autisme inhoudt. Probleem is dat eigenlijk alleen de zwakbegaafde autisten opvallen (en als zodanig door de buitenwereld herkend en erkend worden). Hoogbegaafde autisten, zoals ik, weten zich op een of andere manier toch te redden in de maatschappij, door anderen na te doen, wanneer ze vaststellen dat anderen zich totaal anders gedragen en anders handelen en reageren dan wat je zelf doet of (spontaan, uit jezelf) van plan bent. Althans, dat is een vaststelling uit eigen, persoonlijke ervaring. Ik kan er uiteindelijk wel vrede mee hebben dat ik een typische autist ben – ik heb immers geen keus en als autist ben is rationeel genoeg om het dan maar “gewoon” te accepteren – maar helaas geldt dat voor “mijn omgeving” minder of helemaal niét. Zo krijg ik zeer regelmatig als reactie op mijn opmerkingen over mijn autisme te horen: ‘Iedereen heeft wel wat’. Voor niet-autisten is het misschien een begrijpelijke, normale en loze gedachte en uitspraak, maar voor iemand die er persoonlijk dagelijks mee te maken heeft dat je ‘vanwege een hersenbeschadiging anders bent’ is zo’n opmerking uiteraard zéér respectloos en frustrerend, zoals alle autisten wel zullen ervaren en beamen.